Ga naar main content
dsc-0089-e1563378117911-1.jpg

Tien tips voor een tuin vol vlinders

Een tuin vol geurige en kleurige bloemen die af en aan bezocht worden door een veelheid aan vlijtige vlinders: onze natuur in je tuin was nog nooit zo zichtbaar. En het goede nieuws is dat een vlindervriendelijke tuin niet eens veel extra werk met zich meebrengt –  integendeel! 

1 Lekkere bloemen

Zet bloemen in je tuin die veel suikerrijke nectar produceren. Nectar voorziet vlinders van energie om te kunnen vliegenNiet elke bloem is even geschikt als vlinderlekkernij. De vlinderstruik doet zijn naam alle eer aan, maar ook van lavendel, wilde marjolein, koninginnenkruid, herfstaster en hemelsleutel smullen vlinders maar wat graag. Op klassieke tuinbloemen zoals tulpen, rozen, geraniums en passiebloemen zal je echter geen vlinders aantreffen. 

2 Fruitig extraatje

Net zoals vogels, kan je ook vlinders bijvoederen. Ze houden van (rottend) fruit. Leg daarom wat bananen, druiven, aardbeien, enz. op een voederplank in de zon. Wedden dat vlinders vliegensvlug hun weg vinden naar je tuin? En ook ‘s nachts komt er bezoek: nachtvlinders lusten ook graag een stukje. Plaats de voedertafel niet te dicht bij speeltuigen of je tuintafel, want rottend fruit trekt ook wespen aan.  

3 Rupsenvoer

We hadden het eerder in dit dossier al over rupsen en hoe kieskeurig ze zijn. De meeste rupsen eten immers enkel van hun waardplant, die voor elke soort anders is. Je mag nog zo je best doen om een bloemenrijke tuin in te richten – als de rups niet overleeft, komt er geen vlinder. Belangrijke waardplanten zijn o.a. brandnetels, look-zonder-look, wilde hop, dille, venkel en distels. Hier vind je een meer uitgebreide lijst per soort terug. 

4 Wees lui

Brandnetels en distels zijn niet meteen planten waaraan je denkt bij je tuininrichting. Het perfecte excuus dus om een gedeelte van je tuin niet aan te leggen en gewoon z’n gang te laten gaan. Probeer je groene vingers ook in het najaar te bedwingen en kuis je tuin niet op voor de winter. De meeste vlinders overwinteren als rups of als pop, aan een dood stuk plant of tussen afgevallen bladeren. Een té schone tuin maakt de kans dat ze het volgende jaar halen minimaal. 

5 Creëer warmte

Om te kunnen vliegen, moeten vlinders eerst hun spieren op temperatuur krijgen. Zorg daarom voor windstille plekjes, bijvoorbeeld door laagjes te voorzien in je beplanting. Een stukje blote aarde, een stapel stenen of een takkenhoop kan een aantrekkelijke zonplaats zijn voor vlinders. 

6 Wees lui (bis)

In plaats van wekelijks de grasmaaier uit te halen en je gras te herschapen tot een Wimledon-waardig gazon, kan je ook voor een ruigere look kiezen. Daar worden niet alleen vlinders blij van, maar ook een heleboel andere dieren. Je hoeft daarvoor geen duur bloemenweidezaad aan te schaffen: als je de natuur op z’n beloop laat en slechts enkele keren per jaar maait, komt er vanzelf een mooi hooiland tevoorschijn. De natuur een handje helpen, kan door in wegbermen zaad van bloeiende planten te verzamelen. 

7 Groene muur

Ook kleine tuinen of terrassen kunnen vlindervriendelijk aangelegd worden, bijvoorbeeld met een groene muur. Klimop is een echte vlinderplant: het boomblauwtje legt er z’n eitjes en in de herfst levert hij lekkere nectar. 

8 Gezellige schuilplaats

Klimop en andere dichte begroeiingen zorgen ook voor beschutting, bijvoorbeeld als slaapplaats of om te overwinteren. Daarnaast zijn houtstapels, holle bomen en takkenhopen erg geliefd bij vlinders. Of ze ook overwinteren in speciale vlinderkastjes, is niet zeker. 

9 Doe het licht uit

Is je tuin omgevormd tot een echt vlinderparadijs, dan zul je merken dat ook nachtvlinders eropaf komen. Zorg ervoor dat hun leefritme niet verstoord wordt door je tuinverlichting. Ook de rest van de natuur zal je dankbaar zijn! 

10 Gebruik geen gif

Het lijkt een vanzelfsprekendheid, maar we kunnen het niet hard genoeg benadrukken: gebruik geen bestrijdingsmiddelen in je tuin. Vlinders zijn extreem gevoelige dieren en zijn kwetsbaar in elk levensstadium. Soms zijn de gevolgen groter dan je denkt: door een bepaald insect te bestrijden, krijgt ook zijn natuurlijke vijand gif binnen. Misschien maak je zo het oorspronkelijke probleem alleen maar groter!

Meer over


Gerelateerde artikels