Ga naar main content
shutterstock-1700043478.jpg

Maakt de huismus stilaan een comeback?

Huismussen verdwijnen stilaan uit stedelijke gebieden. Hoe kunnen we hen helpen om het stadsleven weer op te pikken? We geven je hieronder een aantal tips.

Een reeks nieuwe maatregelen en een nieuwe (semi)lockdown, we zijn opnieuw aan ons eigen huis gebonden voor een aantal weken en de steden liggen er verlaten bij. Het lijkt het ideale scenario voor de huismussen onder ons. Of niet? Want onze huismussen hebben allang afscheid genomen van het drukke stadsleven. Hoe lang is het geleden dat jij nog een huismus voorbij zag vliegen of een liedje hoorde zingen in de stad? Ze lijken wel verdwenen uit dichtbevolkte gebieden.

Twee jaar geleden was 95% van de populatie huismussen in Brussel verdwenen. Gelukkig is nog niet alles verloren. Verschillende burgerinitiatieven in Schaarbeek, Sint-Gillis, Ukkel, Oudergem en Sint-Lambrechts-Woluwe (zogenaamde Groupes Moineau Citoyen), ondersteund door Leefmilieu Brussel, willen stadsbewoners sensibiliseren en opleiden over stedelijke avifauna in het algemeen en mussen in het bijzonder. Hun initiatieven, zoals voederhuizen en nestkastjes plaatsen maar ook aangepaste aanplantingen en gevelrenovaties uitvoeren, doen het aantal huismussen stabiliseren.

De achteruitgang van de huismus: waarom blijven ze weg?

Verschillende factoren zijn verantwoordelijk voor de achteruitgang van de huismus. Eerst en vooral heeft het verdwijnen van broedplaatsen in de stad een grote impact. “Alle ontwikkelingen op vlak van ruimtelijke ordening en bouw de laatste jaren hebben bijgedragen aan het verdwijnen van deze soort. Onze gebouwen zijn steeds beter geïsoleerd, maar het heeft een negatief effect op onze huismussen én andere nestelende stadsvogels zoals gierzwaluwen en roodborstjes. Ze stuiten op muren en gebouwen die volledig ingepakt zijn met isolatie om energieverlies te voorkomen”, vertelt Thomas Jean van La Minute Sauvage, gepassioneerd door de Belgische natuur en medewerker van de Belgische Liga voor Vogelbescherming (Ligue Royale Belge pour la Protection des Oiseaux - LRBPO). Volgens hem zijn oude holtes in gevels, zoals molengaten die je destijds veel in oude gebouwen zag, bijna verdwenen. Bij gebouwen waar die gaten wel nog aanwezig zijn, zie je dan ook duidelijk een verschil: er zijn vaak wel nog huismussen aanwezig.

Ook bomen, hagen, struiken, waar huismussen graag vertoeven, en belangrijke voedingsbronnen zoals zaden van tarwe, gerst, haver en maïs, zijn geleidelijk aan verdwenen uit stedelijke omgevingen. “De vegetatie is doorslaggevend voor het behoud van onze huismussen in de stad. Door meer plantensoorten, zoals grassen die zaden afgeven, te planten kunnen we deze achteruitgang een halt toeroepen”, legt Thomas Jean uit.

shutterstock-1754239544.jpg

Hoe kunnen we de huismus helpen?

Je hoeft echt geen rocket science gestudeerd te hebben om de huismussen in je omgeving te helpen. Er zijn veel kleine, eenvoudige dingen die je zelf kan doen. Zo kan je in je tuin extra zaden en broodkruimels van je ontbijt in een vogelvoederbakje leggen om ze te voederen. Mussen zijn helemaal gek op zonnebloempitten! Let wel op met vetbollen want mussen kunnen hier niet goed tegen. Voorzie ook een waterpartij waar ze kunnen komen drinken. Een kleine schotel met vers water op een hoge plaats is al genoeg.

Uit Engels onderzoek is trouwens al gebleken dat vogels voederen veel positieve effecten heeft. In Groot-Brittannië hangt er in meer dan één tuin op twee een vogelvoederhuisje. De hoeveelheid voedsel die dankzij dit burgerinitiatief beschikbaar is, zou 196 miljoen vogels kunnen onderhouden. De grotere variatie in voeding en het feit dat er ook veel voedsel beschikbaar is, heeft er z’n nut al bewezen.

Ook extra nestkastjes hangen is heel nuttig. Hoe je zelf zo’n nestkastje maakt en ophangt, leggen we je hier stap voor stap uit.

Je denkt nu misschien: “ik doe dit al jaren en toch is het huismussenbestand bij ons flink achteruit gegaan!” Thomas Jean verduidelijkt: “Je moet de natuur ook z’n gang laten gaan. Op sommige plaatsen kunnen we het onkruid beter laten groeien in plaats van het weg te doen. Ook braakliggende terreinen waar geen menselijke activiteiten plaatsvinden zijn belangrijk voor de biodiversiteit. Op die plaatsen kunnen vogels bijvoorbeeld inheemse plantensoorten en voedsel vinden die een veel grotere verscheidenheid aan voedingsstoffen opleveren dan de zaden die wij in de supermarkt kopen.”

Vrouwelijke huismus op een oud dak met veel holtes als potentiële broedplaatsen.

Nog meer tips om huismussen naar je tuin of balkon te lokken

Als je het geluk hebt om een tuin in de stad te hebben, waarom laat je een deel van de tuin dan niet wild en weelderig groeien en z’n eigen gang gaan? Het vraagt minder werk en zorgt voor meer biodiversiteit. Zowel insecten als andere ongewervelde dieren zouden snel hun terugkeer maken naar een wilde tuin. Dan volgen de huismussen als vanzelf! Heb je geen tuin? Ook op je terras of balkon kan je een handje toesteken. Zet bijvoorbeeld plantenbakken op je balkon met plantensoorten die mussen aantrekken. Struiken met bessen doen het over het algemeen goed. Meer tips lees je hier.

En last but not least, voor alle Belgen met een baksteen in de maag: als je gaat (ver)bouwen kan je ook rekening houden met de vogels in je omgeving. Voorzie bijvoorbeeld kunstmatige holtes of zogenaamde vogelvides of ‘mussenpannen’ op je dak als potentiële broedplaats voor deze vogeltjes.

Meer over


Gerelateerde artikels