Waarom jouw straat een egelstraat moet worden
De Vlaming staat erom bekend op zijn privacy gesteld te zijn, en dat uit zich vaak in afgesloten achtertuinen met dichte hagen, houten schuttingen of betonnen muurtjes op de scheidingslijn met de buren. Een ramp voor de egel, want die moet daarom vaak de straat oversteken om zijn dagelijkse kostje bij elkaar te scharrelen, met tal van onnodige verkeersslachtoffers tot gevolg. Sanne Ruyts, wetenschappelijk medewerker bij Natuurpunt, breekt een lans voor de egelwegel en roept op om verschillende tuinen aan elkaar te schakelen tot één lange egelstraat.
Sinds de herfst van vorig jaar is Natuurpunt gestart met het projectEgelstraat, om egels meer overlevingskansen te geven in onze tuinen. Het concept is simpel: overtuig je buren om een opening te maken in de omheining die jullie tuinen van elkaar scheidt en maak een zo lang mogelijke aaneenschakeling van ‘egelwegels’. Wie erin slaagt tien tuinen met elkaar te verbinden – hetzij tien aansluitende tuinen in één straat, hetzij twee keer vijf tuinen of een andere combinatie in dezelfde buurt – mag zijn straat een Egelstraat noemen. In gemeenten die deelnemen aan het project, krijg je dan bovendien een officieel Egelstraat-straatnaambordje. Na een jaar wordt bekeken hoeveel egelwegels er gemaakt zijn en wie de langste aaneenschakeling tot stand heeft gebracht. De winnaar krijgt een buurtfeest cadeau en mag zichzelf de trotse bewoner van de ‘Langste Egelstraat’ van zijn gemeente noemen. Een mooie eretitel voor je buurt, waar je nieuwe stekelige vrienden je dankbaar voor zullen zijn! Maar waarom zijn die egeldoorgangen zo belangrijk?
Achteruitgang van de egelpopulatie
Sanne Ruyts van Natuurpunt licht toe: “Iedereen kent wel het beeld van een platgereden egeltje op straat. Uit ons project ‘Dieren onder de wielen’, dat in samenwerking met de Vlaamse overheid al meer dan tien jaar loopt, blijkt keer op keer dat de egel op nummer één staat van de top drie van meest gemelde verkeersslachtoffers. Bovendien zien we zowel in België als in andere West-Europese landen een dalende trend in het aantal waarnemingen van de egel – de afgelopen tien jaar zijn die cijfers quasi gehalveerd.”
Maar het verkeer is slechts één van de oorzaken van die opmerkelijke achteruitgang. “We kunnen inderdaad nog enkele duidelijke boosdoeners aanduiden”, aldus Sanne Ruyts. “Zo vertoeven egels graag in randzones, bijvoorbeeld waar grasland in bos overgaat, omdat ze daar een rijkdom aan insecten vinden. Helaas verdwijnen dit soort gebieden meer en meer, waardoor de egel het steeds lastiger krijgt om aan eten te geraken. Maar ook de daling in de populaties van insecten, die het hoofdbestanddeel van het dagelijkse menu van de egel vormen, speelt een niet te onderschatten rol.” Eens te meer blijkt dat in de natuur alles met elkaar verbonden is en dat de afname van biodiversiteit grote gevolgen heeft voor tal van andere soorten.
Energie én levens sparen
Gelukkig kan de egel zijn ideale habitat, zijnde die randzones, ook terugvinden in onze achtertuinen. Je ziet dat bijvoorbeeld waar een gemaaid gazon overgaat in een bloemenperk of een moestuin – dat zijn plekken waar voor een egel heel veel voedsel te vinden is. Eén probleempje: om van tuin naar tuin te trekken, moet de egel vaak de straat op, want heel veel van onze tuinen zijn hermetisch afgesloten. En dat doet hij met gevaar voor eigen leven.
Sanne Ruyts: “Het leefgebied van een egel is behoorlijk groot, tot zo’n tien hectare. Op een nacht kan hij wel twee kilometer afleggen, wat echt ver is voor zo’n klein beestje en dus ook veel energie vraagt. In een bebouwd gebied passeert hij zo misschien wel vijftig tuinen! Als die allemaal met elkaar verbonden zijn, verloopt dat vlot, maar vaak is dat niet het geval en moet hij meerdere keren de straat oversteken. En daar willen we dus met ons project Egelstraat iets aan doen. Door openingen te maken in omheiningen, hoeft de egel geen gevaarlijke manoeuvres uit te voeren en spaart hij ook kostbare energie omdat de afstanden van tuin naar tuin kleiner worden.”
Liever een gat in je omheining …
Wil je aan de slag gaan om je achtertuin egelvriendelijker te maken? Op de website van Natuurpunt en in hun gratis te downloaden egelgids kan je een heleboel informatie terugvinden. Daarnaast biedt Natuurpunt ook praktische ondersteuning aan gemeenten die deelnemen aan het project Egelstraat en hun inwoners. En dat is nodig, want als je mensen wil aanmoedigen om egelwegels te voorzien en dus een gat te maken in een schutting of muur, dan kan je wel op wat terughoudendheid stoten. “De beste omheining is helemaal geen omheining, maar we moeten realistisch zijn: de doorsnee Vlaming is nog niet klaar voor een gedeelde tuin met zijn buren”, aldus Sanne Ruyts. “‘The next best thing’ is dan een haag. Als je de haagplanten niet te dicht bij elkaar zet, kan een egel er zonder veel moeite onderdoor kruipen.”
Mensen die echter een hond in de achtertuin hebben, zullen toch eerder opteren voor een stevige afsluiting met draad of panelen uit hout of beton. Dan is het begrijpelijk dat je niet zomaar met de slijpschijf aan de slag wil gaan … “Klopt,” zegt Sanne Ruyts, “maar weet wel dat een egelwegel idealiter slechts 15 op 15 centimeter groot is, wat voor de meeste honden veel te klein is om zich doorheen te wurmen. Je hoeft dus zeker en vast geen groot gat in je omheining te maken. En je doet de egels er een heel groot plezier mee, dus dat is toch een mooie motivatie om werk te maken van een egelwegel. Bovendien kan je met onze egelwegel-bordjes op een ludieke manier meteen duidelijk maken waar dat gat in de schutting voor dient.”
Maak je tuin egel-proof
Natuurlijk is het ook belangrijk dat, wanneer egels makkelijker de weg naar jouw tuin én die van de buren vinden, de omgeving ook aangepast is aan je stekelige bezoekers. Sanne Ruyts: “Een egelvriendelijke tuin heeft wat rommelige hoekjes, waar je bijvoorbeeld een hoop bladeren of wat snoeihout laat liggen. Dit zijn ideale schuilplaatsen voor egels! Zorg ook voor voldoende bloeiende planten, want die lokken insecten: een win-winsituatie waarmee je de egels én de insectenpopulatie helpt. Heb je een vijvertje of een zwembad in de tuin? Zorg dan dat egels er via een laddertje of loopplankje uit kunnen geraken wanneer ze per ongeluk in het water zijn gevallen. Wees ook voorzichtig met robotmaaiers: laat ze zeker niet ’s nachts je gazon maaien, want dan zijn egels actief en kunnen ze dodelijke botsingen veroorzaken. Daarnaast lusten egels ook weleens een kippeneitje … Mensen die kippen in de tuin hebben, weten natuurlijk wel dat ze hun hok moeten beveiligen tegen roofdieren. Behalve steenmarters en vossen horen daar dus ook egels bij.”
“Bijvoederen is vooral in de herfst en de winter een goed idee. Met onze milde winters van de laatste jaren gebeurt het wel vaker dat een egel tijdens een warmteprik even wakker wordt uit zijn winterslaap. Om weer actief te worden, verbruikt hij dan heel veel energie van het vetlaagje dat hij voor de winter heeft aangelegd, dus is het belangrijk dat hij snel voedsel kan vinden. Kattenbrokjes zijn ideaal voor egels! En niet vergeten: egels zijn lactose-intolerant, dus geef ze geen melk, maar water."
"Kijk in die periode zeker ook even na of je egelwegels onderhoud nodig hebben: is de doorgang nog voldoende groot en kan een egel er veilig doorheen kruipen? Zo kunnen ze er meteen weer gebruik van maken zodra ze na hun winterslaap opnieuw tevoorschijn komen.”
De natuur zijn gang laten gaan, is uiteraard niet alleen voor egels goed nieuws. Een egelvriendelijke omgeving is per definitie een omgeving die de biodiversiteit een boost geeft. Maak van de gelegenheid dus zeker gebruik om je tuinontwerp eens grondig te herbekijken en wie weet welke bezoekers mag je binnenkort nog meer in je achtertuin verwelkomen?
Maak van jouw straat een Egelstraat
Wil je Natuurpunt helpen om het aantal egelwegels in Vlaanderen mee in kaart te brengen? Door jouw egelwegel of haag te registreren, kunnen zij beoordelen of jouw straat in aanmerking komt voor de titel van Egelstraat.
Registreer je egelwegel