Ga naar main content
vilda-136945-grauwe-klauwier-yves-adams-800-px-51818.jpeg
Yves Adams

Grauwe klauwier

Deze kleine zangvogel wekt met zijn roofvogel-attitude al jaar en dag bijzonder veel aandacht op bij vogelliefhebbers. Net zoals de klapekster draagt hij een opvallend, zwart masker en hij heeft ook dezelfde barbaarse gewoonte om ‘brochettes’ te maken van zijn prooien: hij prikt ze zorgvuldig op doornige takken voor later gebruik. 

grauwe-klauwier-nl.png

Herken de grauwe klauwier

Lanius collurio

De grauwe klauwier is een prachtige verschijning binnen de zangvoelgs. Hij is kleiner dan zijn neven, de klapekster en de roodkopklauwier, maar groter dan een huismus. De kleuren van het mannetje zijn levendiger dan die van het vrouwtje. Behalve zijn masker, valt ook zijn zwart-witte staart op. Nog meer kenmerken van de grauwe klauwier: 

  • 17 cm lang en 24 g zwaar
  • stevige snavel met haak
  • het verenpak van het mannetje is licht kastanjebruin, de buik beige tot roze
  • het vrouwtje is doffer van kleur, met een rossere bovenzijde 
  • grijze kop met zwarte masker om de ogen (bruin bij de vrouwtjes) 
  • zwart met witte staart 

Op het menu

De grauwe klauwier is een zichtjager die zich verschanst op een hoge tak op de uitkijk naar prooien op de grond. Hij houdt van grote insecten zoals wespen, hoornaars of zelfs libellen en waterjuffers. Maar hij durft ook grotere prooien aan zoals kleine knaagdieren, kikkers en hagedissen die worden gedood met een scherpe ‘pik’ in de achterkant van het hoofd. Het lichaam van zulke slachtoffers wordt na het vangen bijna instant in stukken gereten. 

Niet elke prooi belandt in een klauwierensaté. Dat doet de grauwe klauwier vooral op drukke dagen waarop de vogel meer prooien vangt dan hij kan opeten of wanneer een prooi te groot is om in één keer naar binnen te spelen. Al het overschot belandt in de ‘voorraadkast’ van de klauwier, in de vorm van een lugubere brochette op doornentakken of zelfs prikkeldraad. 

Grauwe klauwier zit op tak met vlinder in zijn bek

Leefgebied van de grauwe klauwier

De grauwe klauwier stelt strenge eisen aan zijn broedhabitat. Hij heeft nood aan dichte struiken en struwelen om zijn nest in te bouwen. O.a. meidoorn, sleedoorn, rozenbottel en jonge coniferen komen in aanmerking. 

Om succesvol te kunnen jagen, moet de omgeving open en toegankelijk zijn. Hellingen, bosranden, boomgaarden, grote parken, weiden en zelfs bermen zijn ideaal als jachtgebied.

Klauwierenliefde

Trekkende grauwe klauwieren keren terug van zuidoostelijke gebieden, terwijl andere soorten eerder in het noordoosten of zuidwesten overwinteren. Ze zijn dan klaar om zich in onze contreien voort te planten, van ongeveer april tot september. Het mannetje verdedigt een veroverd vrouwtje op vrij agressieve manier. Hij maakt haar trouwens het hof door mooie spiesjes aan te bieden - hoe indrukwekkender de saté, hoe meer onder de indruk ook zijn tegenstanders zullen zijn. Soms biedt hij al dansend een stukje prooi aan zijn nieuwe verovering. Wanneer ze daarvoor valt, is ze klaar om te paren. 

Het nest wordt gemaakt van grassen en mossen en bekleed met haren en veren. Het is vooral het mannetje dat zich als architect-aannemer opwerpt. Ongeveer half mei legt het vrouwtje vier tot zeven roze of groeninge eieren (haar enige broedsel op een jaar). Die broedt ze gedurende twee weken in haar eentje uit. De kuikens worden door beide ouders opgevoed en slaan een maand na het uitkomen voor het eerst hun vleugels uit. 

Relatie van de grauwe klauwier met de mens

De grauwe klauwier is de best vertegenwoordigde klauwier in Europa. Hoewel hij nog steeds algemeen voorkomt, gaat zijn populatie al vier decennia achteruit. Dat is enerzijds een rechtstreeks gevolg van de klimaatopwarming, maar ook moderne landbouwpraktijken stellen deze kleine vogel voor grote uitdagingen. 

Het aaneenschakelen van percelen, cultiveren van weides en het verdwijnen van ruige akkerranden, zijn nefast voor het broedsucces van zowat alle klauwieren. Daarnaast verdwijnt een groot deel van hun prooibestand door het intensieve gebruik van pesticiden. Op andere plekken wordt de grauwe klauwier dan weer verdreven door grootschalige herbebossingen. 

Wist je dat de grauwe klauwier …

  • in zowat alle talen een erg wrede naam krijgt? Zijn wetenschappelijke naam ‘Lanius’ betekent letterlijke beul. In het Frans heet dit beestje ‘pie-grièche écorcheur’, waarbij het laatste deel vertaald wordt als ‘viller’. In het Engels krijgt de grauwe klauwier de bijnaam ‘butcher bird’ of slagersvogel. En in het Duits heeft hij de veelzeggende naam ‘Neuntöter’ of ‘negendoder’, wat erop zou wijzen dat de vogel negen slachtoffers doodt vooraleer hij ze opeet.  
  • een bio-indicator is? Zijn aanwezigheid wijst op een rijk en divers leefmilieu. Zijn achteruitgang wil dus duidelijk zeggen dat onze ecosystemen verarmen.