Bosbeekjuffer
10 dingen die je moet weten over libellen
Met de zomer in aantocht verschijnen er ook weer ronkende libellen op het toneel. Met hun zoemende vleugels helikopteren ze over het water en soms zie je hen zelfs in een ‘tandem’ vliegen. In dit artikel ontrafelen we alle geheimen over deze mysterieuze natuurbewoners.
1. België telt 72 libellensoorten
De laatste keer dat iemand de moeite deed om al onze libellen te tellen, was in 2015. Toen passeerden 70 soorten de revue. Ondertussen heetten we nog twee nieuwkomers welkom: In 2016 kwam de Oostelijke witsnuitlibel in de Genkse Maten aanwaaien en in datzelfde jaar werd een Witpuntoeverlibel gespot in de Famenne.
2. Van klein naar groot
Libellen heb je in ‘t mini en in ‘t maxi, en alles daartussenin. De dwergjuffer is de allerkleinste en wordt niet groter dan 2 cm (spanwijdte 2,5 cm). De reus onder onze libellen is met een lengte van 8,5 cm de gewone bronlibel, maar qua spanwijdte spant de grote keizerlibel de kroon met een record van 10,5 cm.
Dwergjuffer
3. Waterjuffer is ook libel
Hou je vast, want hier wordt het ingewikkeld. Ja, een waterjuffer is ook een libel. Ze behoort tot de orde van de ‘Odonata’ of libellen. In die orde zitten ook de ‘echte libellen’, die we meestal gewoon ‘libel’ noemen. Kan jij nog volgen?
4. Het verschil tussen waterjuffers en echte libellen
Nu je weet wat het taxonomische verschil is, ben je uiteraard benieuwd naar de échte verschillen tussen juffer en libel. Juffers hebben een slank lichaam, bijna zo fijn als een dikke naald. Ze hebben vier dezelfde vleugels waarmee ze rustig vliegen. Echte libellen zijn steviger gebouwd, hun achtervleugels zijn breder dan de voorvleugels en ze vliegen snel en behendig.
Gewone bronlibel
5. Meer dan de helft van haar leven brengt de libel onder water door
Voor ons worden ze pas zichtbaar wanneer ze een ‘imago’ worden, een volwassen, vliegend insect. Maar het grootste deel van haar leven brengen libellen onder water door. Daar komen ze uit het ei en groeien ze op als larve. Het larvestadium duurt soms meerdere jaren, tijdens dewelke de larven zich vooral bezighouden met eten, eten en - welja - eten.
6. Het libellenleven is kort
Wanneer de larve klaar is voor haar grote metamorfose, verlaat ze het water. Ze klimt enkele tientallen centimeters omhoog, werpt haar infantiele huid af en begint aan haar volwassen, vruchtbare leven. Dat is meestal maar van korte duur: na enkele weken tot maanden zit haar levenstaak erop. Er zijn slechts enkele soorten die eenmalig als imago overwinteren.
Vuurlibel
7. Libellen eten insecten
Libellen in je tuin zijn een zegen tegen muggenplagen. Daarnaast eten ze ook andere kleine insecten zoals vliegen en microvlinders. Grotere libellensoorten durven ook wel een een vlinder of een andere libel schaken. Als larve, eet de libel onderwaterinsecten en andere kleine waterdiertjes.
8. Libellen bijten of steken niet
Van libellen hoef je écht niet bang te zijn. Ze hebben geen angel, steken kunnen ze dus niet. Met hun monddelen zijn ze in staat kleine insecten te verorberen, maar die zijn meestal niet sterk genoeg om ook doorheen een dikke mensenhuid te geraken. Alleen de allergrootste libellen kunnen ons fysiek aan, maar gebruiken hun mond nooit als verdedigingsmiddel. Je moet al pestend met je vinger in hun neus staan poken, vooraleer ze hun kaken in je huid planten.
Azuurjuffers
9. Kamasutra voor libellen
Twee libellen die aan elkaar vast hangen, vormen geen siamese tweeling. Ze zijn bezig met de voortplanting, die er niet altijd zacht aan toe gaat. Het mannetje grijpt het vrouwtje achter de kop met zijn achterlijf, waarna ze verplicht is achter hem aan te vliegen. Wanneer ze op haar beurt het achterlijf naar de onderzijde van het mannetje brengt, ontstaat het typische ‘libellenhart’. Pikant detail: meneer libel verwijdert eerst het sperma van zijn voorgangers, vooraleer hij zijn eigen zaadcellen deponeert.
10. Acrobatisch eieren leggen
De eieren van de libel hebben water nodig om zich te kunnen ontwikkelen, maar de libel kan zelf niet zwemmen. Dus doopt ze haar achterlijfje op en neer in het water, om de eitjes al dansend in het slib achter te laten. Kijk hier hoe die ‘naaimachine van onze natuur’ de klus klaart!