Ga naar main content
Wijngaardslak
Wijngaardslak
Yves Adams

Tien dingen die je moet weten over slakken

De zomer van 2021 zou wel eens dé zomer van de slakken kunnen worden. De slijmerige weekdieren komen massaal tevoorschijn bij vochtig weer, liefst bij valavond, en wringen hun plompe lichaam in allerlei gaten en kieren. Of in hun eigen draagbare huisje, natuurlijk. Maar wat weet jij nog meer over slakken en hun eigenaardigheden? Wij zetten je alvast op weg met 10 weetjes over deze fascinerende dieren waardoor je ze voor altijd door een andere bril zal bekijken. 

1. Ieder slakje heeft z’n huisje

In het Nederlands catalogeren we ze allemaal onder de noemer ‘slak’, maar in het Engels is er een apart woord voor de naaktslak (slug) en de huisjesslak (snail). Toch is de scheidslijn tussen huis en geen huis veel meer fluïde dan je zou denken. Diep vanbinnen, zeulen de meeste naaktslakken nog steeds een soort restant mee van wat ooit een functioneel slakkenhuis was. Er zijn trouwens ook tussenvormen: slakken met een mini-huisje op hun rug waar ze van z’n leven niet in verstopt raken. 

2. Non-binair dier

Een slak is geen man en geen vrouw, maar beide tegelijkertijd. Als rasechte hermafrodiet heeft ze zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen. Daarom wordt de slak wel eens als symbool opgevoerd voor de intersekse-gemeenschap, al voelt niet iedereen zich goed bij die vergelijking. In tegenstelling tot bij slakken, is het immers nooit zo dat een menselijk interseksueel individu tegelijkertijd volledig ontwikkelde geslachtsorganen heeft van de beide geslachten.   

De meeste slakkenhuisjes spiralen naar rechts. Soms wordt door een toevallige mutatie een ‘omgekeerde’ slak geboren (zulke huisjes zijn trouwens erg gegeerd bij schelpenverzamelaars). Die is gedoemd om te sterven als maagd, tenzij ze heel toevallig op een eveneens linksdraaiende soortgenoot stoot. Dat komt omdat niet alleen het huisje een richtingsvoorkeur heeft, ook alle organen zijn netjes geordend in een bepaalde richting. En terwijl de voortplantingsorganen van twee gelijkdraaiende dieren in elkaar passen zoals een sleutel in een slot, maken ze de liefde onmogelijk bij andersdraaiende slakken. 

Segrijnslak
Yves Adams
Segrijnslak

4. Opruimers en voedselbron

Opsommen waarom we de slak geen leuk dier vinden, dat vinden de meeste mensen geen moeilijke opgave. Toch zijn deze slijmjurken écht niet op aarde gezet alleen maar om tuiniers te pesten. Ze vervullen een belangrijke taak als opruimers van dode bladeren en dieren, die ze inwendig omzetten tot vruchtbare ‘compost’. Bovendien vormen slakken zelf een lekkere hap voor heel wat vogels en kleine zoogdieren. 

5. Slakkenplaag? Lok de egel!

Jouw tuinegel heeft bijvoorbeeld een aangeboren voorkeur voor verse ‘escargots’. Op één nacht eet hij tot 40 (jonge) slakken op. Zorg dus voor een egelwegel in je omheining en maak enkele knusse schuilplekken waar een egel niet aan kan weerstaan. Ook eenden en sommige andere vogels houden van een slakje op z’n tijd. Maak van je tuin een biodiversiteitsparadijs: hoe meer soorten je verwelkomt, hoe minder de kans dat één soort (in dit geval: de slak) de overhand gaat nemen. 

Strooi geen slakkengif, want daar lijden ook alle slakkeneters onder!

6. Massagraf van slakken?

Vind je in je tuin een hoop kapotte slakkenhuisjes terug? Dan heb je waarschijnlijk regelmatig een zanglijster op bezoek. Die is verzot op tuinslakken en gebruikt een ‘natuurlijk aambeeld’ om de beestjes uit hun schelp te krijgen. Meestal slaat hij zijn prooien stuk op een harde steen of een stevig stuk hout waar hij telkens naar terugkeert. Maar zijn lijstersmidse weer opruimen? Ho maar! 

7. Slakkenslijm gedraagt zich zoals ketchup

Het netwerk aan sporen van slakkenslijm op je oprit of terras doet dienst als de broodkruimels van Hans en Grietje: het wijst zijn eigenaar de weg. Het slijm heeft trouwens de vreemde eigenschappen van een ‘niet-Newtoniaanse vloeistof’: de viscositeit wijzigt onder druk. Net zoals ketchup, wordt slakkenslijm vloeibaar wanneer er druk op wordt uitgeoefend - wanneer de slak in beweging is, dus. Blijft een slak stilletjes ter plaatse, dan verandert het slijm in een harde massa. 

8. Slak heeft geen zin in vluggertjes

Het plakkerige goedje bevat trouwens ook informatie over de seksuele status van haar uitscheider. Voor ze zich aan het liefdesspel wagen, besnuffelen en proeven slakken de feromonen in elkaars slijm. Pas daarna start de vrijpartij, die meerdere uren kan duren. Sommige slakken, zoals de tijgerslak, houden van acrobatische standjes en laten zich aan een taaie slijmdraad in de lucht bengelen tijdens de daad. 

Zeggekorfslak
Jeroen Mentens
Zeggekorfslak

9. Was Cupido een slak?

Sommige slakken schieten een scherpe ‘pijl’ af tijdens de daad. Die is ongeveer een centimeter lang, bestaat uit hetzelfde kalkrijke goedje als de slakkenschelp en bevat geslachtshormonen die de andere partij ontvankelijker maken voor het sperma van de pijlenschieter. Mogelijk haalden de oude Grieken hun mosterd bij de slak toen de mythe ontstond van Eros (de tegenhanger van de Romeinse Cupido) en zijn liefdespijlen. 

10. Gecastreerde reuzen

Sommige huisjesslakken worden een pak groter dan hun soortgenoten. Helaas voor deze slakken: size does matter, en in dit geval is hun reuzenstatus geen goed teken. Slakken waarvan de groeihormonen op hol slaan, werden onvruchtbaar gemaakt door een parasiet. Eigenlijk zijn het geen op hol geslagen hormonen, maar voorkomt de parasiet dat het hormoon voor de schelpgroei te remmen wordt aangemaakt. Het resultaat: een schelp die alsmaar groter (en een slak die alsmaar eenzamer) wordt. 

Meer over


Gerelateerde artikels