Goudhaan
Niet alleen heeft hij het gewicht van een suikerklontje, dit ‘haantje’ heeft nog veel meer troeven! Het is een van de kleinste vogeltjes van Europa en hij verbergt zich regelmatig in de top van een naaldboom, wat hem nogal onopvallend maakt … tot zijn hoge getsjilp zijn aanwezigheid verraadt.
Herken de goudhaan
(Regulus regulus)
Gezien zijn kleine formaat moet je goed uit je doppen kijken om een glimp van ons goudhaantje op te vangen. Je hebt meer kans om hem op te merken door je oren te spitsen, want zijn hoge piepjes zijn behoorlijk karakteristiek. Zo herken je dit vogeltje:
- hij weegt 4 tot 7 gram en meet ongeveer 9 cm
- hij heeft een olijfgroene rug en een beige buik; zijn hoofd is grijzig en zijn donkere ogen zijn omrand met wit
- zijn vleugels hebben twee witte strepen en één brede, zwarte, horizontale streep
- hij heeft een ‘kalotje’ op zijn kruin, verdeeld in drie strepen: twee zwarte aan de buitenkant en één gekleurde in het midden. Die laatste is citroengeel bij de vrouwtjes en oranje bij de mannetjes.
- zijn snavel is zwart, dun en puntig
- zijn poten zijn lichtbruin
- hij lijkt op de vuurgoudhaan, maar heeft geen zwart ooglapje
- de juvenielen lijken op de volwassen vogels, maar dan zonder het gekleurde kroontje
Op het menu
De goudhaan is een heel actief vogeltje dat alle kanten opvliegt om zijn favoriete voedsel te vinden: insecten en spinnen. Een echt Duracell-konijn! Hij valt bij voorkeur kleine prooien aan, zoals springstaarten, bladluizen, larven of kleine motten. Hij inspecteert nauwgezet de takken van coniferen en dankzij zijn kleine formaat heeft hij toegang tot de moeilijkst te bereiken plaatsen. Met behulp van zijn krachtige tenen kan hij zich bovendien in de meest onwaarschijnlijke posities vastklampen. Het is echt een ingenieus diertje: hij kan zelfs insecten pikken uit een spinnenweb waarin ze gevangen zijn.
Leefgebied van de goudhaan
Na de invoer van coniferen in de 19de eeuw arriveerde de goudhaan in onze streken. Tegenwoordig kan hij zich vestigen in naaldbossen (spar, lariks) of gemengde bossen. Je kan het vogeltje ook in tuinen en parken aantreffen, zolang zijn favoriete bomen ook aanwezig zijn. Buiten het broedseizoen leeft hij ook in groepen in het struikgewas.
Het goudhaantje houdt niet van erg strenge winters, die dan ook een deel van de populatie verjagen: de vogels die van oorsprong uit het noorden komen, trekken naar het zuiden om aan de kou te ontsnappen. Wanneer het koude seizoen aanbreekt, besteden de goudhaantjes al hun tijd aan het zoeken naar voedsel en slapen ze door zich tegen hun soortgenootjes aan te nestelen om het warmteverlies te beperken.
Goudhaantjesliefde
Vooral tijdens de broedperiode (rond april) kan je de mooie melodieën van de mannetjes horen. Ze laten dan een paar herhalingen van heel hoge kreten horen: “sri-sri-sri”. Het mannetje bakent zo zijn territorium af en geeft aan de vrouwtjes aan dat hij klaar is om te paren. Om hen te verleiden, zet hij zijn oranje kuifje rechtop – wat toch altijd een zeker effect heeft op zijn toekomstige partner.
Zodra het jonge paar gevormd is, bouwen beide partners een nest in de vorm van een halve bol in de top van een naaldboom. Hiervoor verzamelen ze mos en korstmos, dat ze met spinnenwebben of cocons van insecten aan elkaar plakken. De binnenkant van het nest bekleden ze met haren en veren, zodat de kuikens warm zitten. Het is vooral het mannetje dat de werken regisseert, bijgestaan door zijn partner. Wanneer het gezellige nest klaar is, legt het vrouwtje tussen 6 en 13 eieren – niet allemaal tegelijk – die ze gedurende zo’n 16 dagen zal uitbroeden. Gedurende die periode zorgt de toekomstige vader voor de roomservice in het nest. De twee gelukkige ouders voeden hun kleintjes 17 tot 22 dagen vooraleer ze uitvliegen, maar ook nadien kunnen ze nog 12 tot 18 dagen rekenen op de goede zorgen van mama en papa goudhaan. Ondertussen bereiden de ouders hun tweede broedsel al voor en kan de hele cyclus opnieuw beginnen.
Wist je dat de goudhaan ...
- zijn naam dankt aan de veertjes bovenop zijn kop die als een hanenkam rechtop gaan staan als hij ongerust of opgewonden is?
- soms samen met mezen in gemengde groepen reist?
- op de Belgische postzegel van 50 centiemen stond?