Nonnetje
Misschien denk jij bij het woord ‘nonnetje’ meteen aan de gelijknamige, zwart-witte eend, maar ook ín zee leeft een organisme dat luistert naar deze kuise naam. Het nonnetje waar we het in dit artikel over hebben, is een weekdier dat zich bij gevaar terugtrekt in haar pastelkleurige schelp. Kwam jij de restanten van het nonnetje al eens tegen tijdens het strandjutten?
Herken het nonnetje
(Limecola balthica)
Voor wie alle schelpen er hetzelfde lijken uit te zien, lijsten we hier de kenmerken van het nonnetje op:
- 2,5 tot 3,5 cm lang
- de twee gladde schelpen worden gesierd met concentrische banden
- de schaal kan verschillende kleuren hebben: roze, geel, gebroken wit, oranje … De basiskleur wordt genetisch bepaald, maar ook de zuurstofconcentratie tijdens de groei heeft een invloed op de uiteindelijke schakeringen
- de voorkant van de schelpen heeft een ronde vorm, de achterzijde is spitser
- de ene sifo (instroombuis) is ongeveer even lang als de schelp zelf, terwijl de andere sifo (uitstroombuis) dubbel zo lang is
Op het menu
Om voedsel op te nemen maakt het nonnetje gebruik van haar sifo’s. Met de instroombuis graaft ze zich in in het sediment, terwijl de uitstroombuis het water hogerop terug uitspuwt. Maar waar is ze naar op zoek? Fytoplankton! Het nonnetje zuigt water op en filtert er de micro-algen uit. Wanneer vissen aan de sifo’s knabbelen, groeien ze weer terug, maar dan kan het weekdier zich tijdelijk minder diep ingraven om toch nog aan voedsel te geraken. Daar loopt het nonnetje meer gevaar om opgegeten te worden door hongerige zeevogels.
Leefgebied van het nonnetje
Dit weekdier houdt vooral van slib en zanderige bodems, liefst op een kalme locatie zoals baaien en riviermondingen. Daar begraaft het zich in de eerste centimeters van de zeebodem. Oudere, grotere schelpdieren kunnen zich dieper in het zand verschansen dan jonge exemplaren.
Nonnetjesliefde
Tussen februari en mei - bij voorkeur wanneer het water een temperatuur van 8 à 9°C bereikt - laten de mannetjes hun spermacellen los in het water. Zo raken de eicellen van de vrouwtjes per toeval bevrucht, waarna ook de dames hun eicellen de wijde onderzeewereld in sturen. Daar komen larven van! De eerste zeven à acht weken zweven zij rond als plankton, waarna ze een voet en schelp ontwikkelen en zich definitief op de zeebodem vestigen.
Relatie van het nonnetje met de mens
Hoewel dit weekdier vrij algemeen voorkomt in onze Noordzee, hangen er haar enkele bedreigingen boven het hoofd. Zo is het nonnetje erg gevoelig voor verstoring van de bodem, bijvoorbeeld door visserijtechnieken. Ook lijkt het erop dat diatomeeën - haar favoriete voedsel - steeds schaarser worden. Het gevolg daarvan is dat nonnetjes zich tegenwoordig minder makkelijk voortplanten.
Daarnaast kunnen de dieren indirect last hebben van de opwarming van de aarde. In zachte winters worden meer jonge nonnetjes bejaagd door o.a. garnalen en krabben.
Wist je dat het nonnetje …
- haar wetenschappelijke naam dankt aan haar voorkeursplek om te wonen? ‘Limecola’ betekent slib of modder, ‘balthica’ verwijst naar de Baltische zee waar ze het talrijkst aanwezig is.
- zich niet makkelijk laat openen? Haar sluitspieren zijn zo sterk, dat het haar de naam ‘nonnetje’ opleverde …
- langer leeft naarmate het langzamer groeit? De kans dat het weekdier een leeftijd van 6 à 7 jaar bereikt, is het grootst wanneer het traag evolueert.
- groter wordt wanneer het in koud water leeft?
- een populaire delicatesse is voor zeevogels?
- er op de Noordzeestranden fossiele nonnetjesgevonden worden van miljoenen jaar oud?