Ga naar main content
Grauwe gans
Grauwe gans
Yves Adams

Zijn ganzen echt dom?

In ons taalgebruik komen sommige dieren er nogal bekaaid van af. Als je pech hebt, krijg je een koe, schaap of ezel als scheldwoord naar je kop geslingerd, in één adem met het adjectief ‘dom’. En ook ‘domme gans’ is een term die we – niet alleen in het Nederlands, maar ook in andere Europese talen – nogal graag gebruiken voor een niet al te snuggere vrouw of een naïef meisje. Toch mag je de ganzen niet onderschatten, want ze zijn slimmer dan je denkt!

Naar de herkomst van dat scheldwoord hoeven we niet zo lang te zoeken. Een gans wordt, net als een kudde schapen, gezien als een heel volgzaam dier. Kijk maar naar kleine ganzenkuikens die zich, kraakvers uit het ei, meteen hechten aan het eerste het beste bewegende voorwerp dat zich toevallig net in hun buurt bevindt. ‘Inprenting’ heet dat proces. En nee, dat hoeft geen levend wezen te zijn: ook een autootje op afstandsbediening doet prima dienst als surrogaatmoeder. Om er vervolgens met een ietwat aandoenlijke, schommelende gang – de zogenaamde ganzenpas – achteraan te waggelen. En dan is er natuurlijk ook het alom gekende beeld van de gans die door middel van dwangvoeding vetgemest wordt voor de productie van foie gras. Een gewillig dier dat een trechter in zijn keel laat schuiven en alles slikt wat hem gevoerd wordt … Hoe slim kan zo’n vogel zijn?

Een brandgans met haar kuikens
Yves Adams
Een brandgans met haar kuikens

En toch bewijst de gans dat ze prima haar plan kan trekken in het leven en zelfs over enkele vernuftige talenten beschikt. Wij zetten er enkele op een rijtje:

Ganzenkuikens zijn zelfstandige nestvlieders

In tegenstelling tot veel piepjonge zangvogeltjes, die volstrekt blind, naakt en hulpeloos uit het ei kruipen, komen ganzenkuikens meteen met pluimen en al ter wereld. In een oogwenk hebben ze hun loop- en zwemtechnieken onder de knie en gaan ze al zelf op zoek naar eten. Het ouderpaar houdt wel steeds een oogje in het zeil en kan soms zelfs rekenen op hulpvaardige co-ouders, die hun steentje bijdragen in het grootbrengen en beschermen van het jonge grut.

Ganzen zijn bekwame bouwvakkers

Een nest bouwen dat niet bij de minste windstoot uit elkaar valt, daar heb je vakkennis, ruimtelijk inzicht en twee rechterhanden, euh … vleugels voor nodig. Zomaar wat takken op een hoopje gooien zoals de duif, dat is voor de gans beneden zijn waardigheid. Net als wij Belgen zijn ganzen dan ook onverbeterlijke verbouwers: elk broedseizoen opnieuw krijgt hun nest niet alleen een heel grondige opknapbeurt, maar worden ook de nodige uitbreidingen toegevoegd aan het bestaande nest met behulp van twijgjes, schors en bladeren. Op den duur kan zo’n ganzennest dus een behoorlijk aanzienlijke omvang krijgen!

Grauwe ganzen in V-formatie
Yves Adams
Grauwe ganzen in V-formatie

Ganzen doen aan efficiënt transport

Wanneer je een groep vogels met een flink formaat in V-formatie langs de hemel ziet trekken, dan kan je er donder op zeggen dat je met een toom ganzen te maken hebt. Op die manier kunnen ze – zonder al te veel energie te verbruiken – enorm lange afstanden afleggen en tot wel 70% verder vliegen dan wanneer ze een willekeurige plek in de groep zouden innemen. Uit onderzoek blijkt dat de ganzen die achteraan vliegen hun positie en de timing van hun vleugelslagen afstemmen op die van de gans die schuin voor hen vliegt. Zo profiteren ze van de luchtstroom die deze ganzen veroorzaken. Wordt de gans aan de kop van het peloton moe, dan wisselt ze na een tijdje van plaats met een uitgeruste vervanger. En wanneer één van de ganzen gewond raakt en uit de formatie valt, dan zal die het gezelschap krijgen van enkele andere ganzen voor de nodige bescherming en verzorging.

Ganzen zijn liefdevolle partners en ouders

Onze zogenaamde ‘domme gansjes’ zijn niet alleen trouwe partners, die hun hele leven lang bij elkaar blijven en de zorg voor hun kuikens samen opnemen. Wilde ganzen zijn ook nog eens een kei in het onthouden van de familiebanden. Zelfs wanneer hun kroost het nest al lang verlaten heeft en wat verder weg een eigen gezin sticht, zullen de ouders hun nageslacht vaak nog lange tijd blijven herkennen. Sterft de partner of één van de kuikens, of verliezen ze één van hun eieren, dan hebben ganzen daar oprecht verdriet van en vertonen ze een vorm van rouwgedrag.

Meer over


Gerelateerde artikels