Het leven van een teek
De dagen beginnen te lengen, de zon komt tussen de regenbuien door eens piepen en de planten springen de grond uit. De lente is er eindelijk! Ook iets minder fijne diertjes profiteren van deze gunstige omstandigheden. Eentje daarvan is de teek, een spinachtige die alle warme plekjes van je lichaam opzoekt en na een beet zich vol met bloed zuigt. Je zal hem vast al eens opgemerkt hebben als je door het bos of een grasveld loopt.
Teken zijn warmteliefhebbers
Teken brengen ongeveer 90% van hun leven tussen het dood plantenmateriaal op de bodem door. Zodra de temperaturen te laag of te hoog schieten, schuilen ze hier tegen de vorst en droogte. Daarnaast is dit ook dé plek waar de larven en nimfen zich vervellen na een sappige bloedmaaltijd en waar de eitjes zich ontwikkelen.
Deze parasieten hebben aan een temperatuur van zeven graden en een goede luchtvochtigheid genoeg om de wijde wereld in te trekken. Dan komen de meeste eitjes uit en klimmen de nimfen en volwassen teken naar de top van de vegetatie, waar ze zorgvuldig wachten op een slachtoffer. Hierbij kunnen ze rekenen op een speciaal orgaan dat de omgeving, zoals temperatuur, luchtvochtigheid en zelf koolstofdioxide, kan waarnemen: het orgaan van Haller. Zo kunnen ze natuurlijk heel snel prooien detecteren. Het gebeurt soms dat teken, die vorig jaar geen bloedmaaltijd konden bemachtigen, al bij een lagere temperatuur uit hun schuilplaats komen. Ze zijn zo hongerig dat ze er zelfs de koude voor durven te trotseren! Bij snel optredende vorst kunnen er zich kristallen binnenin de teek vormen, waardoor ze letterlijk dood vriezen.
Een teken van leven: de levenscyclus
De meest voorkomende teek in ons land is de schapenteek (Ixodes ricinus). Om zijn levenscyclus te voltooien, heeft hij drie verschillende gastheren nodig. In tegenstelling tot wat zijn naam zegt, is dit een grote range van soorten die loopt van kleine knaagdieren en vogels tot egels, hazen, eekhoorns, wilde zwijnen en reeën. Ook ontkomen onze huisdieren niet aan zijn beet. Je zal waarschijnlijk al regelmatig een teek verwijderd hebben bij je hond of kat. Of misschien bij jezelf? Of we het nu willen of niet, de teek heeft een grote affiniteit met de mens.
De gehele levenscyclus van ei naar larve naar nimf naar volwassen individu, duurt rond de drie jaar. Die periode kan soms korter zijn door een gunstig klimaat en voldoende aantal gastheren. In elk stadium van de levenscyclus hecht de teek zich aan één gastheer en voedt hij zich gedurende enkele dagen met bloed alvorens zich los te maken en te vervellen naar het volgende stadium. Tijdens dit voedingsproces wordt er speeksel met ontstekingsremmers en antistollingsmiddelen geproduceerd. Zo blijft het bloed stromen en kan de teek blijven smullen.
Het paren gebeurt meestal op de gastheer zelf. Door de verspreiding van feromonen (geurstoffen) kunnen mannetjes en vrouwtjes elkaar vinden. Het paren kan wel tot een week duren! Zodra het liefdesspel is afgelopen, laat het volgezogen vrouwtje zich los van de gastheer en komt ze op de grond terecht. Hier zoekt ze naar gunstige omstandigheden om haar eitjes te leggen. Het duurt ongeveer vier tot acht weken voordat er eieren worden geproduceerd en die aantallen kunnen oplopen tot wel 2.000! Op dat moment heeft het vrouwtje haar belangrijkste taak uitgevoerd en sterft ze. De larven komen acht weken later uit. Als het vrouwtje de Borrelia-bacterie – die de ziekte van Lyme veroorzaakt – met zich mee zou dragen, wordt die niet doorgegeven aan de eitjes. Vooral de nimf en de volwassen teek zijn in staat om deze bacterie door te geven, omdat zij daarvoor al van een mogelijk besmette gastheer hebben geproefd.
Wil jij zelf op een veilige manier de verschillende levensstadia van de teek van dichtbij zien? Maak dan een zelfgemaakte, witte tekenvlag die je doorheen je tuin sleept. Dan zal je er hoogstwaarschijnlijk wel enkele tegenkomen en misschien wel de verschillende stadia kunnen onderscheiden. Vergeet zeker niet je waarnemingen door te sturen naar Teek a Break!